Steenstraat…
… de meest stadse straat van Arnhem. Ons eigen
kosmopolitisch universum. Oude, gevestigde winkels - Wentink
Treinenhuis-Modelbouw, Petri, Nijenhuis Reisbureau - worden afgewisseld met
Chinese en Surinaamse toko’s, Turkse groentewinkeltjes en koffiehuizen en het
beroemde Trio IJssalon met Italiaanse ijsjes.
De straat geurt exotisch. Auto’s, fietsers en voetgangers worstelen zich langs
elkaar heen. Er is herrie, commotie. Stad zoals een stad moet zijn.
Keurig burgervolk mengt zich hier met schobbedebonk-volk. En ‘s avonds is er
stads gedoe. Stappers die een restaurantje of café in de straat of in het
Spijkerkwartier opzoeken, laten zich niet afschrikken door een schreeuwende
junk of scheurende-brommertjesterreur. Het hoort er bij.
Direct achter de Steenstraat ligt het Spijkerkwartier, ooit onze beruchte rosse
buurt. Daarom heeft de Steenstraat altijd dat rauwe gehad.
Mijn herinneringen aan de Steenstraat: als
piemke zwemles in het Sportfondsenbad in de Boekhorstenstraat, vlak achter de
Steenstraat. In de winter, ’s ochtends vroeg. Koud!
In de jaren zestig en zeventig zwommen we ’s zomers in zwembad Thialf, midden
in het Spijkerkwartier, dat in die tijd zijn hoogtijdagen beleefde als rosse
buurt. De dames van plezier lagen ’s ochtends in Thialf bij het restaurant te
zonnen. Op de terugweg naar huis fietste elk jongetje eerst even langs de straten waar ze
achter de ramen zaten.
Natuurlijk stopten we ook even voor de
etalage van speelgoedwinkel Wentink, met z’n rijdende treintje. Bij Olympia Ruitersport
stond altijd een levensgroot houten paard buiten op de stoep. Verderop,
richting Velperpoort, huisden een snackbar - waar ik later een pittige knokpartij
meemaakte - een keurige brillenwinkel en een seksshop naast elkaar. De seksbusiness
van het achtergelegen Spijkerkwartier piepte soms in de straat op, en toch was
het gemoedelijk. Dat was de Steenstraat.
En natuurlijk: café Metropool. Gordijntjes voor de ramen, binnen een biljart, Perzische
tapijtjes op de tafeltjes. Blauw van de rook. Oude mannen rookten sigaren,
biljartten en dronken jenever.
Helaas is het allang geleden veranderd in Grand café Metropole. Een opgeyupte
tent waar ongeïnteresseerde meisjes van een jaar of achttien bedienen. Nou ja, bedienen:
soms moet je drie keer roepen waar je biertje blijft.
De straat is bestand gebleken tegen de verdwijning
van ‘de dames’ in het Spijkerkwartier. Nog steeds is het er levendig,
gevarieerd en rommelig. Nog steeds is
dit de plek waar Turken toeterend rondrijden als het Turkse voetbalelftal heeft
gewonnen. Nog steeds is dit de straat waar je lekker kunt eten, zoals bij
Chinees/Indonesisch restaurant Dewi. Interieur uit de jaren zeventig, prima
keuken!
De Steenstraat overleeft alles. Alleen al daarom
verdient het z’n plek in het beroemde Monopoly-spel. Het overleeft zelfs de fratsen van de
gemeente Arnhem, die de straat sinds de oorlog al wel tien keer op de schop
heeft gegooid. Steeds weer komt er van gemeentewege een geweldig plan om de
straat te verfraaien en beter aan te laten sluiten bij de stad. Nu hebben ze weer
bedacht dat auto’s, fietsers en voetgangers gelijkwaardige gebruikers zijn van
de straat.
Gevolg: aan het eind van de Steenstraat, richting Velperbuitensingel, is de stoep
plotseling straat geworden. Als nietsvermoedende voetganger schrik je je soms
kapot als er een auto op je afkomt. Geniaal! Ach, die gemeente toch… De
Steenstraat lacht erom.