woensdag 9 april 2014

Ernumse Edje wil burgemeester Matser terug 

Op zo'n nieuw bankje in de stationshal zie ik 'm zitten: Ed. Een kameraad van de lagere school. Daar noemden we 'm 'Ernumse Edje', omdat 'ie het beste van ons allemaal Ernums sprak. Met Edje kon je lachen, hij haalde veel kattekwaad uit en was een vechtersbaas. Later ging 't wat mis met 'm. Met de rest van de klas ging 't goed. Dat is 't verschil. 

Edje kijkt boos voor zich uit, richting Hunkemöller. Die gebruinde kop op dat grote, bonkige lichaam zit boos te kijken naar bh's en slipjes. Ook een kunst. Naast hem z'n onafscheidelijke plastic tas met blikjes bier.
"Ha jungske", roept 'ie naar mij. "Ik mot je wat vragen."
"Is goed, Ed." Ik ga naast 'm zitten. "Hoe is 't?"
"Geet wel."
"En met de vrouw?"
"Goed, geleuf ik."

Zo, dat waren de familieperikelen. Maar Ed heeft een dringende vraag.
"Jij heb een bietje verstand, toch?" "Mwah."

"Dan ken jij me wel vertelle waarom 't hier in Ernum zo'n bende is, of niedan?"
"Hoezo?"
Z'n vraag komt er in rap tempo uit. Iets zit Edje - die gewoonlijk veel zwijgt - dwars.
"Mijn ouwe buurvrouw is heel ziek en krijg over een tijdje geen hulp meer. En nou las de vrouw vanochtend in de krant dat we toch van de gemeente meer belasting voor zorg motte betalen. Da's toch gek? Ken jij dat uitlegguh?" Hij kijkt me fronsend aan, neemt een forse slok, mikt het lege blikje naast de prullenbak en trekt een nieuw blikje open.


Daar zat Edje. Hij is net links de hoek om geslagen.


















Geleuf jij da?
Ik staar ook even naar de bh's van Hunkemöller. Wat moet ik zeggen?
"Dat komt omdat de gemeente vanaf volgend jaar de zorg regelt. En daar hebben ze minder geld voor dan toen Den Haag de zorg regelde. Daarom heeft de gemeente extra geld nodig."
Edje knijpt z'n ogen dicht en strijkt met een hand door z'n verwilderde haardos. Denkt na. "Maarre... ze hebben wel geld veur een kunstgebouw bij de Rijn, ofzo. Ze zeggen dat dat 30 miljoen gaat kosten. As ze dat niet doen, kan dat geld toch naar zieke en gehandicapte mensen?"
Pf, weer een moeilijke. "Da's hogere politiek, Ed. Gasten die never nooit een normale Ernummer zien of spreken denken dat met een nieuw kunstencluster meer volk in de stad komt en dat de stad daaraan goed verdient."
"Geleuf jij da?"
"Nee. Veel mensen niet. Want leuke prognoses en cijfers de wereld inslingeren is wat anders dan de realiteit."
"O!", zegt Ed.
"In dat kunstgebouw komen het museum en het filmhuis, je weet wel, dat van de Korenmarkt. Maar die hebben al mooie en goede gebouwen. En dan staan er weer twee gebouwen leeg in de stad."

"Wat een zooi, he?" Ed neemt weer een ferme slok.
"Er moet wel wat gebeuren bij de Rijn, vind ik. Maar ze verspillen al meer dan twintig jaar moeite en geld met allerlei plannetjes. En nu is het crisis. Weet je Ed, dat de gemeente 700 miljoen aan schulden heeft? Die de gemeente met steeds minder inkomsten van grond en gebouwen nauwelijks kan afbetalen? Of je even bij wil dokken, Ed. Daarom vind ik zoveel geld voor een nieuw gebouw een grote gok."


Matser moet terug
Stilte. Ed denkt na. Lang en diep. Zucht en krabt aan z'n ouwe spijkerbroek. Dan heeft hij de oplossing. "Weet je wie we nodig hebben in Ernum? Een Matser! Een burgemeester die van Kleurendal komt en veur de mensen is. En gewoon naar Vites geet. Zo één hebben we hier weer nodig! Weet je wat die zou doen? Die zou aan de Rijn een groot pretpark laten bouwen! Dan hebben ze in de bouw effe wat meer werk dan met één zo'n gebouwtje en kump heel Nederland hierheen om lol te maken. Mo-jij 's zien hoe de centen de stad binnen rollen!"
Ik lach. "Ga 't ze maar vertellen in 't stadhuis!"

Vingertjes afsnijden
Ed staat op en slokt z'n bierblikje leeg. "Dat ga ik zekers doen. Nu. En van al dat geld dat dan de stad binnenrolt, kan me buurvrouw rustig leven."
Ed en z'n tas lopen weg. Zijn harde lach weerkaatst tegen de muren en rolt door de stationshal. Twee prachtige Surinaamse meiden moeten lachen. Dan draait hij om en keert terug.
"He jungske, dat ga ik doen hoor, in het stadhuis. En as ze niet luustere, dreig ik om hun vingertjes af te snijje. Ik ben net zo scherp als Jordania, hoor. Pas maar op! O ja, enne, hier in dit station, wanneer kump is een keer dat plafond? Daar wachte we ook al twintig jaar op. Maak daar maar een foto van, dan kunne de mensen 's een keer lachen om dat geklets van jou. Maar ik wil d'r niet op. Kiek uut hoor, anders snij ik jouw vingertjes er ook af, hahaha!" 


De kabels hangen al jaren open aan het plafond. Het dure, houten plafond
dat de stationshal zo mooi zou afmaken, is er nog steeds niet.
Komt het eigenlijk nog wel?